Blijf aangemeld
Verloopt binnen 
De sessie is verlopen.
Uw sessie is verlopen. Voor uw veiligheid bent u afgemeld.
Wilt u opnieuw aanmelden?

Het rondpompen van ontvlambare vloeistoffen

Als het gaat om veiligheid in het lab kunnen ontvlambare vloeistoffen voor gevaarlijke situaties zorgen. Er kan brand ontstaan en ook explosies zijn mogelijk als de mensen die in het lab werkzaam zijn, of het nu studenten zijn of onderzoekers, niet veilig omgaan met de verschillende materialen. Voorbeelden van ontvlambare vloeistoffen zijn ethylether, aceton en benzeen. Voorbeelden van brandbare vloeistoffen zijn azijnzuur, mierenzuur en formaline.

Wanneer brandbare en ontvlambare vloeistoffen gaan stromen, kunnen ze statische elektriciteit opbouwen. Om dit gevaar zoveel mogelijk in de hand te houden, zijn er vijf algemene richtlijnen voor de veiligheid die u moet opvolgen.

  1. Gebruik altijd een pomp van metaal met een luchtaangedreven of explosiebestendige (XPRF) motor.
  2. Check of alle onderdelen inderdaad van metaal zijn. Kunststoffen kunnen statische lading opbouwen en kunnen niet worden geaard.
  3. Zorg dat de operator en alle onderdelen van de pomp elektrisch geaard zijn, met inbegrip van de motor (zelfs al is die luchtaangedreven), de inlaat- en afvoerleidingen, de slangklemmen, het voorraadreservoir en de ontvangende tank.
  4. Voorkom dat vloeistoffen gaan spatten – door het rondspatten wordt statische elektriciteit opgewekt waardoor het tot een ontsteking kan komen met als gevolg brand of een explosie.
  5. Voorkom het gebruik van geïsoleerde geleiders, zoals een metalen mondstuk aan het eind van een plastic afvoerslang.

Er bestaan explosie-bestendige elektromotoren die een voorziening hebben om de overbelasting handmatig te resetten, waarmee het gevaar dat de motor automatisch opnieuw wordt gestart bezworen is.

Maak gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen

Zorg dat als u moet werken met ontvlambare vloeistoffen, u gebruikmaakt van de noodzakelijke persoonlijke beschermingsuitrusting, met oogbescherming, bescherming van de handen en de rest van het lichaam, en bescherming van de longen, eventueel met ademhalingsapparatuur. In de praktijk komt dit neer op het gebruik van een veiligheidsbril, chemischbestendige handschoenen, volledig bedekkende kleding en wellicht ook ademhalingsapparatuur. OSHA adviseert “bescherming van de ogen en het gelaat bij blootstelling aan vloeibare chemicaliën, zuren of caustische vloeistoffen, chemische gassen of dampen.” Ook moeten "degenen die bij hun werk worden blootgesteld aan hete substanties of corrosieve of giftige materialen, gebruikmaken van persoonlijke beschermingsmiddelen om de aan dit gevaar blootgestelde lichaamsdelen mee te bedekken, tot en met de benen en voeten."